Maximale huur

Maximale huur

Voor een niet geliberaliseerde woning, ook wel sociale sectorwoningen genoemd, gelden maximale huurprijzen en huurverhogingen die bepaald worden op basis en van een puntenstelsel. Voor geliberaliseerde woningen, ook wel vrije sectorwoningen genoemd, geldt dit niet!

Een woning is niet geliberaliseerd als de huur lager is dan de liberalisatiegrens (in 2014 : € 699,48 per maand) en het een zelfstandige woning betreft waarbij de huur gescheiden is van de servicekosten.

Niet geliberaliseerde huurwoning

De huurwoning wordt beoordeeld op soort, kameroppervlakten, buitenruimtes, energielabel, bouwjaar, verwarming, keuken, sanitair, woonomgeving en eventueel voorzieningen gehandicapten. Per categorie worden er punten toegekend en op basis van deze punten kan de maximale huurprijs bepaald worden. Enkel voorbeelden:

  • Een ééngezinstussenwoning van 60m² met kleine buitenruimte met energielabel C gebouwd in 1990 met eenvoudige keuken in een middelgrote stad mag maximaal ongeveer € 685 per maand kosten.
  • Een ééngezinshoekwoning van 54m² met kleine buitenruimte zonder energielabel gebouwd in 1970 met eenvoudige keuken in een grote stad mag maximaal ongeveer € 490 per maand kosten.
  • Een tweekamerappartement van 35m² op 1e etage met balkon, energielabel E, bouwjaar 1982 met eenvoudige keuken in een grote stad mag maximaal ongeveer € 343 per maand kosten.

Huurders kunnen bij een huurverhoging van de huurder, een gewenste huurverlaging of achterstallig onderhoud terecht bij de Huurcommissie, een landelijk onafhankelijke organisatie die onder toezicht staat van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

Geliberaliseerde huurwoning

Bij een geliberaliseerde woning is het door de huurder in de eerste 6 maanden na ingang van het contract nog mogelijk de huurprijs te laten toetsen door de Huurcommissie. Indien op basis van het puntenstelsel bepaald wordt dat de maximale huurprijs onder de liberalisatiegrens ligt zal de overeenkomst als niet-geliberaliseerd gekenmerkt worden.